Iets van Bach
Als na de voorstelling de lege scène overspoeld wordt door de cantate "Schauet doch" van Bach, komt dat als een onverwachte vervulling van het kijkersverlangen.
De dans die je tevoren zag, was fragmentair, breekbaar en zelfs zo monotoon dat ze nauwelijks als "dans" herkenbaar was. Een na een verschenen de dansers om over een diagonaal over de scène te lopen. Heel langzaam kwam daar variatie in. Uiteindelijk raakte de figuur verbrokkeld in vele richtingen en doorsneden andere bewegingen spaarzaam de eenvoudige stap, zonder dat de basislijn ooit helemaal verdween. Het begeleidende gepiep en gekraak van Lou Reeds "Metal machine music" en de regelmatige stoten van misthoorns, versplinterden alles nog verder.
En plots schijnt, op een virtuele manier, een complete dans op de scène te ontstaan in de barokklanken.
Deze sterke, maar op het eerste gezicht onverklaarbare oppositie, is geen steriel experiment, maar levert de sleutel tot de basisstemming van dit stuk. En die is zonder twijfel melancholisch. Het lange eerste deel weerstaat koppig, door een extreme verschraling van middelen, elk effect van zwaarwichtigheid dat haast vanzelf ontstaat op scène. Hoe moeilijk dat is, blijkt al uit het eerste beeld, waarin Katrien Van Aerschot alleen over de scène schuifelt. Het is een beeld dat je als kijker automatisch betekenis toedicht, gewoon omdat het op de scène gebeurt.
Al wat volgt, doet je echter steeds minder naar betekenis zoeken, tot je alleen nog maar kijkt: Schauet doch! Maar dat aandachtig schouwen van wat de vier dansers doen verglijdt, paradoxaal genoeg omdat er zo "weinig te zien is, snel in een zweverige ervaring waarin tijd en ruimte door elkaar gehaspeld raken. Alleen is er, door de strenge vormbeperking, niets heerlijks aan dit verlies van beheersing, veeleer iets ongemakkelijks.
Het heerlijke hoort onze wereld niet meer toe, het behoort tot het barokke theater, de barokke wereld. Dat is de balsem van Bachs muziek.
Of is er nog een tweede verklaring? Dat Baervoets een dans wil bereiken die haast enkel nog als een mentaal proces bestaat. Een dans die zich wil ontworstelen aan te voorspelbare molenwiekende spierenbundels om iets te bereiken van de ingetogenheid van een processie.
Dat is dan de uiteindelijke reden waarom Bach wel aanwezig kan zijn als een spirituele icoon, een oproep, maar niet als danspartituur. Dat is een moeilijk en riskant experiment dat respect verdient.
"Schauet Doch" van Alexander Baervoets, met Baervoets, Brice Leroux, David Hernandez en Katrien Van Aerschot. Monty, Antwerpen, 23 november. Nog in CC Maasmechelen op 29.11 (089-76.97.97) en in Vooruit, Gent, op 27 en 28 maart (09-267.28.28)