Treurmis voor de marginale mens: Duitse theatermaker Raimund Hoghe te gast in Brussel
Treurmis voor de marginale mens
Duitse theatermaker Raimund Hoghe te gast in Brussel
Van onze medewerker BRUSSEL -- De voorstellingen van de Duitse theatermaker Raimund Hoghe gaan over mensen die niet passen in het beeld van een welvarend land. Het Kaaitheater brengt volgende week een overzicht van zijn werk.
IN de voorstelling
Beide voorstellingen kregen een zeer uitgezuiverde, in essentie rituele vorm. Ze lijken een treurmis voor vergeten mensen en gebeurtenissen. De intensiteit is ongebruikelijk, zelfs ongemakkelijk. Voor de enen een pakkende ervaring, voor de anderen (vooral in Duitsland) een aanstootgevende confrontatie.
Overigens is Hoghe in Duitsland nauwelijks bekend als theatermaker. Daar ontleent hij zijn reputatie aan zijn teksten voor
Tot nu toe trad Hoghe in België nooit buiten Leuven op. Dat de al genoemde stukken, plus een nieuwe choreografie en een documentaire avond over zijn werk in het Kaaitheater te zien zijn, is geen toeval. Hoghe is bijzonder trouw: organisatoren gaan deel uitmaken van zijn wereld van "verbindingen". Zo volgt hij Johan Reyniers in zijn overstap van Klapstuk naar Kaaitheater.
Het is voor hem ook van groot belang om zijn werk als een geheel te kunnen tonen, legt hij uit in een gesprek in het café van het Lunatheater.
"Het publiek moet een lijn kunnen volgen.
Tijdens mijn tien jaar bij Pina Bausch dacht ik veel na over het lichaam in de ruimte. Een lichaam als het mijne is zeer ongewoon op scène. Pina was de eerste die andere lichamen dan de klassiek-ideale op scène liet zien. Zij gaf mij het gevoel dat ik mijn lichaam kon accepteren, mijn oude droom om balletdanser te zijn kon opnemen.
Mijn werk borduurt verder op dat van Bausch. Het is gericht tegen de foute voorstellingen die mensen zich maken, bijvoorbeeld over mooi en lelijk. Iets wat anders is, is niet lelijk. Het is gewoon anders. Het kostte mij veel tijd om mijn eigen lichaam te aanvaarden, om te zien dat het een onverbrekelijk deel is van wie ik ben.
Het is zo verwonderlijk om te zien hoeveel moeite mensen nu doen om hun lichaam om te turnen tot een ideaal lichaam. Ze geven in zekere zin hun identiteit op voor een obsessie met imago, mooi-zijn en veroudering. Als journalist ontmoette ik oude mensen zoals de danseres Gret Paluca, die ondanks haar 86 jaar nog steeds een overweldigende erotische uitstraling had. Dat zit in je hoofd, niet in het lichaam op zich.
Mijn esthetische bekommernis staat haaks op die van veel jonge kunstenaars. Ze zoeken in hun werk naar deformatie, mijden het schone als iets onechts. Ik heb dat achter mij. Ik ken schoonheid niet zo goed, het is iets wat ik nu net opzoek. Misschien zou wat ik doe kitsch zijn als ik een mooi lichaam had. Maar nu is er altijd die breuk: het maakt het spannend om naar de schoonheid van zuivere, heldere vormen te kijken. Pieter T'JONCK